Nghĩa của từ koesteren bằng Tiếng Pháp
koesteren [kustərən] choyer, dorloter couve
Đặt câu có từ "koesteren"
1. Geen wrok koesteren (18)
2. Het koesteren van vooroordeel kweekt rassehaat
3. (86) Russische bekeerlingen koesteren hun tempelhuwelijk.
4. □ Hoe kan zelfbeheersing u helpen geen wrokgevoelens te koesteren?
5. En dat hij zolang wrok zou koesteren.
6. Wij moeten proberen geen wrok te koesteren.
7. Christelijke liefde — Een gave om te koesteren
8. Opeenvolgende generaties koesteren misschien een diepgewortelde verbittering tegenover elkaar.
9. Wat zal ons helpen geen wrok te koesteren?
10. Druk vertrouwen uit door hoge verwachtingen te koesteren
11. Wrok koesteren werkt als gif op onze ziel.38
12. (b) Waarom is het belangrijk geen wrok te koesteren?
13. Koesteren betekent elkaar steunen, bemoedigen, verzorgen en van elkaar houden.
14. Broeders, laten we onze vrouw koesteren en met respect behandelen.
15. Deze bewuste uitdaging maakt dat ik, als agnosticus, toch geloof kan koesteren.
16. Die moet je koesteren en bewonderen, net als deze dappere mannen.
17. (b) Waarom is het niet goed om wraak te nemen of wrok te koesteren?
18. Natuurlijk is het volkomen juist om bepaalde verwachtingen omtrent het huwelijk te koesteren.
19. Deze raad toepassen in plaats van woede of wrok koesteren, vereist beslist nederige communicatie.
20. Hoe kunnen we ondanks het huidige verdorven morele klimaat onze eerbaarheid koesteren en bewaren?
21. Bovendien kan het schadelijk zijn voor uw gezondheid om wrok te koesteren! — Psalm 103:9.
22. Of zal hij wrok en jaloezie koesteren omdat hem een voorrecht is ontnomen?
23. Er is nog een kleine groep over van hen die deze hoop koesteren.
24. Vaak voelen ze zich hulpeloos, koesteren ze wrok, en zijn ze zelfs boos.
25. Welke wijze raad kan ons helpen het koesteren van boosheid en wrok te vermijden?
26. De neiging van de menselijke aard is rancuneus te zijn of wrok te koesteren.
27. „Ik moet mezelf er dikwijls aan herinneren geen wrok te koesteren over vaders tegenstand.
28. Ons wordt het priesterschap niet gegeven zodat we een buiging kunnen maken en ons koesteren in verering.
29. De seculiere maatschappij zit niet te wachten op de leringen en waarden die wij koesteren.
30. Wetenschappers koesteren de hoop dat binnen vijf tot tien jaar wellicht een doeltreffend vaccin beschikbaar zal zijn.
31. We waarderen een goed gevoel voor humor en koesteren de tijd die we met familieleden en vrienden doorbrengen.
32. Welke veranderingen zijn komst ook in hun leven teweeg zal brengen, zij mogen beslist geen wrok tegen hem koesteren.
33. Een echte brief kan je iets tastbaars geven om vast te houden, over na te denken en te koesteren.
34. Dit stelt de vrouwen in staat hun cultureel erfgoed te koesteren en er eigenaar van te worden.
35. We hebben een cruciaal aantal vrouwen nodig op machtige posities en we moeten de vrouwelijke energie in mannen koesteren.
36. Zoals het in de Schriften wordt toegepast, heeft het woord jaloers twee betekenissen: (1) fervente, diepgaande gevoelens koesteren met betrekking tot iemand of iets, en (2) jegens iemand afgunst koesteren of wantrouwen dat de ander een of ander voordeel zal behalen.
37. VERREWEG de meeste gelovigen in de religies van de wereld koesteren verwachtingen ten aanzien van een eeuwig leven.
38. Wat is het heerlijk om ons op een koude dag te koesteren in de warmte van de zon!
39. Hun aantal is gegroeid tot in de miljoenen en zij koesteren de hoop de komende vernietiging van deze goddeloze wereld te overleven.
40. Het einde van deze spiraal van woede en schuld begint met iemand die weigert om deze destructieve, verleidelijke impulsen te koesteren.
41. Iedere vrouw in deze kerk heeft als discipel van Jezus Christus de taak om het gezin te steunen, te koesteren en te beschermen.
42. Een brief die ik van mijn inmiddels weduwe geworden zus heb ontvangen, vat goed samen hoe groot de waardering is die wij voor onze ouders koesteren.
43. Het was zoals Jakob later zei: „De boogschutters [Jozefs jaloerse broers] bleven hem . . . bestoken en schoten op hem en bleven een vijandige gezindheid jegens hem koesteren.”
44. 7 De profeet Ezechiël uit de oudheid moest veel moed verzamelen om geen vrees te koesteren voor de Israëlitische tegenstanders van zijn tijd.
45. Zij koesteren zich in de liefde van de vele broeders en zusters die zij hebben leren kennen en die ondervinden hoeveel geluk het schenkt hulp te bieden.
46. Zij begon de bijbel met Jehovah’s Getuigen te bestuderen en leerde dat ware christenen in vrede met anderen moeten leven en geen wrok moeten koesteren.
47. We verheffen ons hart in machtig gebed, koesteren zijn woord, verheugen ons in zijn genade en verbinden ons om Hem toegewijd en trouw te volgen.
48. Jehovah vergeleek zonde dus met een roofdier dat op de loer lag om Kaïn onverwachts aan te vallen als hij erin volhardde een wrok tegen zijn broer te koesteren.
49. Van de wieg tot het graf zijn mensen op zoek naar liefde, koesteren zich in haar warmte en verkommeren en sterven zelfs door gebrek aan liefde.
50. Zij zijn gewetensvolle, ervaren christenen die oprecht de wens koesteren „als een wijkplaats voor de wind . . . te zijn en een schuilplaats voor de slagregen”. — Jesaja 32:2.