Nghĩa của từ Pinksteren bằng Tiếng Pháp

Pinksteren [piŋkstərən] Pentecôte

Đặt câu có từ "Pinksteren"

1. 24 Voor jongeren — Een wonder met Pinksteren!

2. Waarom is Petrus’ rol met Pinksteren 33 G.T. veelbetekenend?

3. 2, 3. (a) Welke profetische waarschuwing werd met Pinksteren geciteerd?

4. Hoe werd met Pinksteren de gemeente van gezalfde christenen afgeschaduwd?

5. Wat is sinds Pinksteren in 33 G.T. de gemeente Gods?

6. De uitnodiging aan zulke gezalfde „zonen” werd vanaf Pinksteren 33 G.T. verstrekt.

7. Welke band kregen de nieuwe discipelen na Pinksteren 33 G.T. met de Vader?

8. „De geest der waarheid” werd op Pinksteren 33 G.T. op de discipelen uitgestort

9. De identiteit van een aantal van deze mede-erfgenamen werd duidelijk met Pinksteren 33 G.T.

10. Welke nieuwe natie kwam met Pinksteren 33 G.T. tot bestaan, en wie gingen er deel van uitmaken?

11. 4 Met Pinksteren 33 begonnen de apostelen de leiding te nemen in de christelijke gemeente.

12. 16 Na het verbluffende wonder met Pinksteren 33 kwamen de eerste christenen regelmatig bij elkaar om Jehovah te aanbidden.

13. Met Pinksteren 33 G.T. werd het bewijs geleverd dat de weg tot hemelse heerlijkheid geopend was

14. De twee broden die met Pinksteren aangeboden werden, waren een voorafschaduwing van de gemeente van gezalfde christenen

15. Dat er zich vrouwen bevonden onder degenen op wie met Pinksteren de heilige geest werd uitgestort, is heel duidelijk.

16. Dat was met Pinksteren 33 G.T., toen God heilige geest uitstortte op de discipelen die in Jeruzalem bijeenwaren.

17. 8 Toen Jezus op aarde was, stond het Wekenfeest bekend als Pinksteren (van het Griekse woord voor vijftigste).

18. Wat was het verschil tussen Petrus’ moedige optreden tijdens Pinksteren en zijn eerdere gedrag op de binnenplaats van de hogepriester?

19. Deze fase begon met Pinksteren 33 toen Jehovah degenen bijeen begon te brengen die met Christus in de hemel zouden regeren (Hand.

20. Kort na Pinksteren 33 G.T. verkocht Barnabas, een van Cyprus afkomstige leviet, uit vrije wil een stuk land en gaf het geld aan de apostelen.

21. Op het wekenfeest (ofte wel Pinksteren), laat in de lente, offerden zij broden die gemaakt waren van de eerstelingen van de tarweoogst.

22. Wat is sinds Pinksteren in 33 G.T. aan de gang, en wel op een grootsere schaal dan toen de koningen van Israël werden gezalfd?

23. Met Pinksteren 33 G.T. werden zo’n 120 discipelen „met heilige geest vervuld” — uiteraard niet met een persoon (Handelingen 1:5, 8; 2:4, 33).

24. Het christendom kan ofwel na Jezus’ prediking in Galilea of na Pinksteren in 33 G.T. Damaskus bereikt hebben. — Mattheüs 4:24; Handelingen 2:5.

25. MET Pinksteren 33 G.T. begon Jezus Christus, het Hoofd van de gemeente, actief te regeren in het koninkrijk van zijn met de geest gezalfde slaven.

26. 9 Met Pinksteren 33 G.T. kregen enkele getrouwe personen de mogelijkheid deel te gaan uitmaken van de groep die tijdens de Oordeelsdag met Jezus zou regeren.

27. Met Pinksteren in het jaar 33 kwamen Joden en proselieten naar Jeruzalem vanuit gebieden als Italië, Libië, Kreta, Klein-Azië en Mesopotamië (Hand. 2:5-11; 20:16).

28. Kort na Pinksteren 33 G.T. ’begonnen in Jeruzalem de Griekssprekende joden tegen de Hebreeuwssprekende joden te murmureren, omdat hun weduwen bij de dagelijkse voedselverdeling over het hoofd werden gezien’.

29. Nadat met Pinksteren 33 G.T. de doop met heilige geest had plaatsgevonden, moest iedereen die met Johannes’ doop was gedoopt, overgedoopt worden in de naam van Jezus (Matthéüs 3:11, 16; Handelingen 2:38).

30. Ja, dat zij met Pinksteren 33 G.T. met heilige geest gezalfd werden, betekende dat zij zouden moeten sterven teneinde hun hemelse erfenis als koningen en priesters te ontvangen (Openbaring 20:4, 6).

31. Vervolgens, met Pinksteren in 33 G.T., waren joden en joodse proselieten de eersten die met heilige geest werden gezalfd en aldus in aanmerking kwamen om met Christus in de hemel te regeren.

32. Op Pinksteren 33 G.T. drong de apostel Petrus er bij zijn toehoorders op aan: „Hebt berouw, en laat een ieder van u worden gedoopt in de naam van Jezus Christus tot vergeving van uw zonden” (Handelingen 2:37-41).

33. Gezien het aantal mensen dat met Pinksteren 33 G.T. en kort daarna werd gedoopt, kunnen er in het gebied van Jeruzalem zelfs meerdere groepen zijn geweest die geregeld bijeenkwamen (Handelingen 2:41, 46, 47; 4:4; 6:1, 7).

34. ▪ De drie periodieke feesten die God de Joden gebood te vieren — het Feest van de Ongezuurde Broden, Pinksteren en het Feest van de Inzameling — werden respectievelijk vroeg in de lente, laat in de lente en in de herfst gevierd.

35. In de periode dat dit „Israël Gods” bestaat, van Pinksteren 33 G.T. tot nu toe, heeft deze geestelijke natie een totaalaantal van 144.000 met de geest gezalfde leden gekregen, „die van de aarde zijn gekocht” met het vooruitzicht met Christus in de hemel te regeren (Openbaring 14:1, 3).

36. 2 Efeziërs 1:9, 10 vestigt de aandacht op dit „bestuur” met de woorden: „Het is overeenkomstig zijn welbehagen, dat hij zich had voorgenomen, aan de volledige grens van de bestemde tijden [vanaf Pinksteren 33 G.T.] een bestuur [of, een procedure voor het besturen van huishoudelijke of gezinsaangelegenheden] te hebben, namelijk om alle dingen weer bijeen te vergaderen in de Christus, de dingen die in de hemelen en [later] de dingen die op de aarde zijn.”