Nghĩa của từ toestand bằng Tiếng Pháp
toestand [tustɑnt] situation état, manièred'être
Đặt câu có từ "toestand"
1. Wat een toestand.
2. Z'n toestand is kritiek.
3. Wat een betreurenswaardige toestand!
4. Dit is een vreselijke toestand.
5. En uw toestand behoeft verzorging.
6. Ingenieur, geef uw toestand door.
7. Hoe is de toestand, Scotty?
8. Beslist een droevige geestelijke toestand!
9. Is dit niet jullie normale toestand?
10. Ik zal jullie afvallige toestand genezen.’
11. Deze idyllische toestand duurde niet lang.
12. Nirvana is noch een toestand van eeuwige gelukzaligheid noch een toestand van eenwording met de hoogste realiteit.
13. In welke toestand verkeert een „gebrandmerkt” geweten?
14. In welke toestand bevindt Gods volk zich?
15. Het lichaam is in een slechte toestand
16. Juda verkeert werkelijk in een toestand van ontreddering.
17. Beschrijf de gelukkige toestand van Jehovah’s herstelde volk.
18. En hij beschrijft het als een extatische toestand.
19. De bijbel waarschuwt herhaaldelijk voor zo’n besluiteloze toestand.
20. In welke trieste toestand bevindt de mensheid zich?
21. Nu begrijp ik de toestand in deze stad.
22. Met die toestand heb je m'n maaltijd verstoord.
23. Maar die desolate toestand zal niet blijvend zijn.
24. Je huis bevindt zich in een verschrikkelijke toestand.
25. Jij moet een eind aan z'n toestand maken.
26. Een kind in zo'n toestand is geen betrouwbare getuige.
27. Daardoor verkeerden ze niet meer in een onschuldige toestand.
28. Een korte beschrijving van de toestand van de Nephieten
29. Baby's worden geboren in een toestand van uiterste kwetsbaarheid.
30. We verkeren allemaal in een levensbedreigende toestand: overgeërfde zonde.
31. Zijn kritieke toestand hield echter een hele maand aan.
32. Mr Creedy, ik hou u verantwoordelijk voor deze toestand.
33. Percentages t.o.v. de oorspronkelijke toestand, het pre-industriële tijdperk, 1750.
34. In dorre toestand is zulke vegetatie bijzonder kwetsbaar voor vuur.
35. Bedwelmende dampen brachten de priesteres in een toestand van extase
36. Vreugde is een toestand van werkelijk geluk, ja, van opgetogenheid.
37. Hij was zich scherp bewust van hun ellendige geestelijke toestand.
38. De economische toestand in het naoorlogse Duitsland was een verschrikking.
39. Hel is de toestand van het verwijderd zijn van God.
40. Het woord wee verwijst naar een toestand van diepe bedroefdheid.
41. Adams ’toestand vóór de geboorte’ was echter een niet-bestaan.
42. Wat zegt de Bijbel over de toestand van de doden?
43. In welke gezegende toestand verkeert Gods volk in deze tijd?
44. Zij verlangden naar bevrijding uit hun toestand van geestelijke gevangenschap.
45. Ze vragen om schaderapporten en de toestand van het schip.
46. Maar in de daaropvolgende drie jaar ging haar toestand achteruit.
47. Deze geesten bevinden zich in een toestand die hel wordt genoemd.
48. Of is de hel misschien een symbolische beschrijving van een toestand?
49. (Gelach) Die toestand helpt je niet in de vertolking van folkmuziek.
50. Aldus een rapport uit Ierland over de toestand in de wereld.