Nghĩa của từ sluier bằng Tiếng Pháp

sluier [sləʏjər] voile

Đặt câu có từ "sluier"

Dưới đây là những mẫu câu có chứa từ "sluier", trong bộ từ điển Từ điển Tiếng Hà Lan - Tiếng Pháp. Chúng ta có thể tham khảo những mẫu câu này để đặt câu trong tình huống cần đặt câu với từ sluier, hoặc tham khảo ngữ cảnh sử dụng từ sluier trong bộ từ điển Từ điển Tiếng Hà Lan - Tiếng Pháp

1. De sluier der aarde wordt opengescheurd.23

2. Buitenshuis moest zij een sluier dragen.

3. Saaie mensen zouden de sluier gewoon hebben verboden.

4. Ik getuig dat de sluier dun is.

5. Het slot zit aan uw kant van de sluier.

6. Lansen verrijzen... als winterstruikgewas door een sluier van mist.

7. Vergadering van zielen aan de andere kant van de sluier

8. We zijn met een sluier van vergetelheid naar deze aarde gekomen.

9. Dat gezag kan voorbij de sluier des doods reiken, de eeuwigheden in.

10. Wij vergaderen de uitverkorenen des Heren aan beide kanten van de sluier.

11. Simeon noemde Jezus „een licht dat de sluier zal verwijderen van de natiën”

12. 7 Op deze berg zal hij de sluier vernietigen* die alle volken omhult,

13. • In welke opzichten ’lag er een sluier’ over het goede nieuws in de eerste eeuw?

14. Zij leidt ons door de valleien van duisternis en door de sluier van de dood.

15. Of anders, vertrekkende droom, en de schimmige vorm van middernacht visie, het verzamelen van op uw rokken, ́s Nachts ster- sluier, en door de dag

16. Hoe komt het dat zo’n lieftallige stem, die van nature zo engelachtig is, zo dichtbij de sluier, zo instinctief zachtaardig en inherent vriendelijk, ooit zo schel, zo bijtend, zo scherp en tomeloos kan zijn?

17. Als je je op het zilver concentreert, zul je alleen jezelf zien. Het zal je er als een sluier van weerhouden om duidelijk de eeuwige bestemming te zien die je hemelse Vader speciaal voor jou voorbereid heeft.’

18. Hij lichtte eens en voor altijd de donkere sluier op die de ware persoonlijkheid van zijn Vader al zo lang had verduisterd, want hij maakte Gods naam openbaar aan iedereen die graag een persoonlijke band met Hem wilde hebben. — Johannes 17:6, 26.