Nghĩa của từ leeuw bằng Tiếng Pháp
leeuw [lew] lio
Đặt câu có từ "leeuw"
1. olifant giraffe leeuw
2. 10 De leeuw brult en een jonge leeuw gromt.
3. Een echte leeuw.
4. Bange Leeuw uitgeschakeld.
5. Waarom brult de leeuw?
6. ‘Net zoals een leeuw, een sterke jonge leeuw,* over zijn prooi gromt
7. „Als een brullende leeuw”
8. Wanneer de leeuw BRULT
9. als een verscheurende leeuw.
10. Zie je de leeuw?
11. De Leeuw verscheen nergens.
12. Leeuw, tijger, nijlpaard en zo.
13. Wat een stomme masochistische leeuw.
14. Een leeuw bespringt een verzwakt dier.
15. Maar deze leeuw noemen we'goedgetraind'‚ niet'hoogopgeleid'.
16. Weer de Leeuw en Wedden, dat..?
17. Duivel is als brullende leeuw (8)
18. Nee, ik heb't over die leeuw.
19. Satan is echt ‘een brullende leeuw’.
20. Of ‘een jonge leeuw met manen’.
21. De leeuw en de roos zijn één.
22. 12 dolle honden kunnen een leeuw doden.
23. Leeuw van geglazuurd baksteen uit het oude Babylon
24. Een Vogelverschrikker, een Blikken Man en een Leeuw?
25. De kracht van een volwassen leeuw is opmerkelijk.
26. De muis doodt de leeuw met die doorn.
27. Heer, die de leeuw en het lam schiep,
28. Maar in Openbaring 5:5 wordt Jezus met een leeuw vergeleken: „de Leeuw die uit de stam Juda is”.
29. 13 Een luiaard zegt: ‘Er is een leeuw buiten!
30. Het heeft de tanden en kaken van een leeuw. +
31. en wie durft een leeuw wakker te maken?
32. Hetzelfde verschil als tussen een leeuw en een zeeleeuw.
33. 12 De leeuw verscheurde genoeg prooi voor zijn welpen
34. een leeuw zal stro eten net als een stier+
35. 5 De leeuw wordt vaak met moed in verband gebracht.
36. Of een superheld of een leeuw of wat dan ook.
37. ‘Als een leeuw onder de dieren van het woud’
38. Een uitgehongerde leeuw heeft geen genade met zijn prooi.
39. Maar zijn grootste gevecht was tegen de leeuw van Nemea.
40. 7 Hij komt tevoorschijn als een leeuw uit het struikgewas,+
41. Het wapen toont een gekroonde leeuw te midden van negen rozen.
42. Ze werd ook Simhanandini genoemd, zij die de leeuw bereed.
43. " Maar, jongen, als je een leeuw tegenkomt, blijf dan stilstaan.
44. En zelfs de leeuw zal stro eten net als de stier.
45. Wie gaf je dat zwaard met de gouden leeuw op de knop?
46. De leeuw zal vechten met de draak in een veld met klaprozen.
47. In elke jongen schuilt een trotse leeuw, klaar om zich te presenteren.
48. Hoe vertoont vervolging kenmerken als van een leeuw en van een cobra?
49. Tot we de beloofde wapens hebben... is de kleine leeuw van ons.
50. Hij bleef rustig staan, zonder zich te bewegen, tot de leeuw wegliep.