Nghĩa của từ kans bằng Tiếng Pháp
kans [kans] chance
Đặt câu có từ "kans"
1. Een kans.
2. Mooie kans.
3. Laatste kans, cowboy.
4. Alle partijen hebben nooit een kans gemist om een kans te missen.
5. Je kans is verkeken.
6. Nu is je kans!
7. We hebben evenveel kans.
8. Geef ons een kans.
9. Maar als er een kans daarop is, is het nu je laatste kans.
10. Je krijgt maar één kans.
11. Algemene smart maakte geen kans.
12. Dit is je laatste kans.
13. Dit is je laatste kans
14. Afzetting is onze enige kans.
15. Je krijgt de kans niet.
16. Is er nog een kans?
17. Wie verdient geen tweede kans?
18. Dit is onze laatste kans.
19. Dit is haar enige kans.
20. Je hebt maar één kans.
21. Hier ligt een interessante kans.
22. Geef je hem een kans?
23. Hoe groot bestaat die kans?
24. 88% kans op dodelijke slachtoffers.
25. We hebben één kans op vrede.
26. Geef een stervende man een kans.
27. Het arme ding heeft geen kans.
28. De kans dat de nier past...
29. Als hij meedoet, maak ik kans.
30. Een verdeeld rijk is een kans.
31. De kans van een leven 131.
32. Er bestaat geen kans op verslechtering.
33. Als u me de kans geeft...
34. Dit plan maakt een goede kans.
35. Je hebt nooit een kans gehad.
36. Mijn team is je enige kans.
37. Ze heeft geen schijn van kans.
38. Hij heeft geen schijn van kans.
39. De Honda-rijders roken hun kans.
40. Een kans van een op'n miljoen.
41. We hebben nu veel meer kans.
42. Iedereen wil een tweede kans, toch?
43. Dit is misschien onze laatste kans.
44. Deze kans laat je niet voorbijgaan.
45. Dit is onze kans op verlossing.
46. We maken kans om te winnen.
47. Je hebt hier een kans, detective.
48. We weten allemaal hoe groot de kans is dat je schoppenaas trekt of de kans op kop.
49. 'Red de dolfijnen','Geef vrede een kans'?
50. Je krijgt er de kans niet voor.