Nghĩa của từ handdoek bằng Tiếng Anh
handdoek [hɑnduk] towel
Đặt câu có từ "handdoek"
1. Mag ik nog een handdoek?
2. De handdoek die zichzelf afscheurt.
3. De handdoek die je moet afscheuren.
4. Droog ze met een schone handdoek of papieren handdoekjes.
5. Dek het licht af met een mand of handdoek en stel de volgende vragen:
6. Kan je een handdoek en water geven zodat ik hem kan waterboarden?
7. UW VERDEDIGING: Deel geen persoonlijke spullen, zoals uw scheermes, tandenborstel of handdoek.
8. Soms wil ik de handdoek in de ring gooien en stoppen met vechten.
9. Dus stond hij nederig op, nam een handdoek en een kom en begon de voeten van de apostelen te wassen.
10. Er lag een vochtige, rafelige doek — geen handdoek of een washandje, maar een vochtige, rafelige doek — op zijn voorhoofd, waaraan je kon zien dat ze er financieel niet best voor stonden.
11. Advertentieafbeeldingen waarop een deel van het menselijk lichaam tussen het borstbeen en halverwege het bovenbeen niet gekleed is; of het lichaam gekleed is in ondergoed, zwemkleding, lingerie of andere doorzichtige kleding of andere items dan kleding, zoals een handdoek of laken.