Nghĩa của từ beer bằng Tiếng Anh

beer [ber] abutment bear boa

Đặt câu có từ "beer"

Dưới đây là những mẫu câu có chứa từ "beer", trong bộ từ điển Từ điển Tiếng Hà Lan - Tiếng Anh. Chúng ta có thể tham khảo những mẫu câu này để đặt câu trong tình huống cần đặt câu với từ beer, hoặc tham khảo ngữ cảnh sử dụng từ beer trong bộ từ điển Từ điển Tiếng Hà Lan - Tiếng Anh

1. Hij zei beer.

2. ark beer hond

3. Het is Beer.

4. En hij is een beer.

5. Nou, je hebt de beer gepord.

6. 25 meter verderop loopt een zwarte beer.

7. En ik ben een geharnaste beer.

8. Ik ben een beer, dus wat weet ik?

9. 7 Een koe en een beer zullen samen grazen

10. Je zoekt de uitdaging van een beer, hè?

11. In gevangenschap kan de bruine beer 50 jaar oud worden.

12. De beer leeft hier, de wolf, de antilope, de Comanche.

13. Jij verkwistte drie dollar voor een beer voor die rooie.

14. Dit is Sadua die afstand deed van zijn beer.

15. Iedereen denkt dat die beer jullie mensen heeft gedood.

16. Een grote zwarte insect beet een grote zwarte beer.

17. Vis en wolf en beer... een schaap of twee... maar geen mensen

18. Ze doen het allebei, alsof ze man en beer tegelijk zijn.

19. Want soms hebben mensen een leider nodig, die kan worstelen tegen een beer.

20. Het eerste is een gevleugelde leeuw, en het tweede lijkt op een beer.

21. En ik zie ook, dat de beer gekroond wordt door een Prinses.

22. Iedereen zei dat het een wild beest was, een coyote, een beer.

23. Als ze zich schuren laat elke beer een individuele en herkenbare geur achter.

24. De beer was gekomen en had het lammetje gepakt om het op te eten.

25. De Medo-Perzische „beer” ging noordwaarts om in 539 v.G.T. Babylon in te nemen.

26. Het harnas van een beer is zijn ziel, zoals jouw Dæmon, jouw ziel is.

27. Toen de beer op zijn achterpoten ging staan, greep de jongen hem en sloeg hem dood!

28. In zijn video's is hij een schattige, kleine beer die meestal niet praat.

29. Het eerste is een gevleugelde leeuw, en het tweede is gelijk een beer.

30. Er zijn twee mensen in een bos, en ze lopen tegen een beer aan.

31. Ze bonden de beer aan de politieman, rug aan rug, en gooiden ze in de rivier.

32. David erkende nederig dat hij alleen met Jehovah’s hulp de beer en de leeuw had verslagen

33. Maar de jongen rende er achteraan en redde het lammetje uit de muil van de beer.

34. Maar dat hoeft niet te betekenen dat de beer niet werd beïnvloed door de Moeder cel.

35. In het bos greep ik een stok om me te kunnen verdedigen als ik een beer tegen zou komen.

36. 19 Het zal zijn als een man die vlucht voor een leeuw, dan geconfronteerd wordt met een beer

37. Ik doodde de beer met mijn speer, en ik kon de hond wurgen met mijn blote handen.

38. Tegen de tijd dat de eerste tekenen van wilg lijken in het vroege voorjaar, de wollige beer is al het eten.

39. Ik ging haar mijn liefde betuigen, maar ik werd aangevallen door een beer, en een enorme hond die haar huis bewaakte.

40. In andere gevallen zitten de tenen zo ver van elkaar af dat ze tot aan de zijkant zitten, bijvoorbeeld bij de beer.

41. Jehovah bevrijdde hem „uit de klauw van de leeuw en uit de klauw van de beer” en uit de hand van de Filistijnse reus Goliath.

42. Aangezien het getal drie soms nadruk symboliseert, kunnen de drie ribben ook de hebzucht beklemtonen waarmee de symbolische beer op verovering uit was.

43. Ze deed de parasol in haar hand een paar keer open en dicht in de snuit van de beer, waarop het dier wegrende.3

44. Khendjer of Chendjer kan worden geïnterpreteerd als een Semitische naam: h(n)zr ofwel "beer, mannelijk varken" volgens een theorie van een Deense Egyptoloog Kim Ryholt.

45. Wat zal het dan fijn zijn door de bossen te wandelen en een poosje gezelschap te krijgen van een leeuw, en misschien later van een grote beer!

46. Hoofdstuk 7 bevat een levendige beschrijving van „vier reusachtige beesten” — een leeuw, een beer, een luipaard en een vreeswekkend beest met grote ijzeren tanden (Daniël 7:2-7).

47. De Babylonische wereldmacht werd afgebeeld door een leeuw, de Perzische door een beer en de Griekse door een luipaard met vier vleugels op zijn rug en vier koppen.

48. Spreuken 17:12 zegt het als volgt: „Laat er voor een man liever een ontmoeting zijn met een beer die van zijn jongen beroofd is, dan met een verstandeloze in zijn dwaasheid.”

49. En het feit dat de ijsbeer en de husky of de ekster en de beer of jij en ik en onze honden contact kunnen maken en die ervaring hebben zet spel neer als een afzonderlijk iets.

50. 3 De mens noemde het paard soes, de stier sjōr, het schaap seh, de geit ʽez, een vogel ʽōf, de duif jō·nahʹ, de pauw toek·kiʹ, de leeuw ʼar·jehʹ of ʼariʹ, de beer dov, de aap qōf, de hond keʹlev, de slang na·chasjʹ, enzovoorts.