Nghĩa của từ bezoedelen bằng Tiếng Anh
bezoedelen [bəzudələn] soil, spot, stain soil
Đặt câu có từ "bezoedelen"
1. U wilt haar naam toch niet bezoedelen?
2. Zoiets zou mijn man ruïneren, en mijn vaders naam bezoedelen.
3. Waarom gevoelen wij geen afgrijzen van hen die hun slokdarm met mensenbloed bezoedelen?
4. Eén voorval van seksueel wangedrag bijvoorbeeld kan een voortreffelijke reputatie bezoedelen.
5. Ik ga de integriteit van de marine niet bezoedelen voor één domme matroos.
6. Ook wij moeten er ijverig voor waken dat wereldse neigingen onze aanbidding bezoedelen.
7. Waarom gevoelen wij geen afgrijzen van hen die hun slokdarm met menselijk bloed bezoedelen?
8. Ik laat je onze familienaam niet bezoedelen met je oneerbiedige toon en vulgaire pogingen tot zelf-promotie.
9. Er is maar één zelfzuchtig of achteloos gezinslid nodig om de reputatie van het gezin te bezoedelen.
10. Christenen moeten van gezond verstand blijk geven door videobanden en tv-programma’s die de geest kunnen bezoedelen, te mijden
11. Er is maar een beetje zogenoemde dwaasheid nodig — misschien een gewelddadige woede-uitbarsting, een onmatig gebruik van alcoholische dranken of één seksueel onreine daad — om een voortreffelijke reputatie te bezoedelen (Spreuken 6:32; 14:17; 20:1).